16 Namibie

1 mei – 17 mei 2007
Onvergetelijke achtbaan van emoties

Welkom in Namibië, telefoon gepikt

Na een rustige nacht in niemandsland, tussen de hekken van beide grenzen, kunnen we om zeven uur ’s morgens onze paspoorten gaan afstempelen. Het enige probleem blijkt dat we een soort wegenbelasting moeten betalen en dat de man die de papieren moet stempelen zijn stempel thuis is vergeten. Na een tijdje wachten gaat het hek tenslotte toch open en mogen we zonder roadtax betaald te hebben de grens over. We zijn weer in een ‘beschaafd’ land en gaan net over de grens als eerste geld halen bij een geldautomaat en parkeren Kasa vervolgens voor een  Pick’n Pay supermarkt.  Ik ga met Stijn de supermarkt in om verse Kaiserbrötchen (!), fruit en melk (!) te kopen voor een ontbijt. Jacobine zit nog in de cabine en maakt een praatje met iemand die bij haar deur staat.  Echter, aan de andere kant van de cabine weet iemand door het raam onze PDA/telefoon/GPS ontvanger uit de houder te grissen en er ongemerkt mee te verdwijnen. Jacobine heeft de truc wel snel door maar dan is het al te laat. Welkom in Namibië. In alle landen waar we tot nu toe doorgereisd zijn, landen die bij de witten in zuidelijk Afrika bekend staan als het gevaarlijke, ongeregelde, corrupte apenlanden, het duistere ‘Black Africa’, hebben we werkelijk nooit één probleem gehad. Hier in Namibië zijn we na 10 minuten al bestolen. We zullen er aan moeten wennen ramen en deuren voortaan af te sluiten.

Perfect asfalt naar Windhoek, lasersnelheidsmeter afgetroefd

Beschaving heeft dus zo zijn voordelen, zoals goede wegen (wel links rijden!) en supermarkten maar zoals gezegd ook zijn nadelen. De volgende verrassing wacht ons als we net een paar uur onderweg zijn. We worden bij een lasercontrolepunt gestopt door de politie! Nou ja!  In het Afrikaans, dat veel op Nederlands lijkt, worden we aangesproken door een vriendelijke agent:  Ja, ja meneertje, wij rijden te hard, en wel 94 km/u. Weet U niet dat vrachtwagens maar 80 km/u mogen? Natuurlijk weten wij dat, maar meneer de agent: onze auto kan maar 80 km/u, U moet zich echt vergissen! Als bewijs halen we ons schijfje uit onze tachograaf en laten hem zien dat we nauwelijks boven de 80 uitkomen. (De laatste tijd in Angola nauwelijks boven de 20). Tja, het blijft Afrika, en nu is het onze dertig jaar oude tachograaf tegen zijn hypermoderne lasersnelheidsmeter. Hij laat zich toch overbluffen, en na enige tijd laat hij merken dat zijn meter misschien niet helemaal goed is. Wij weten wel beter want door onze veel grotere wielen wijst onze snelheidsmeter ruim tien procent te weinig aan. Toch maar iets rustiger rijden. We rijden de hele dag door om zo snel mogelijk in Windhoek aan te komen omdat Jacobine haar ouders vanochtend al in Windhoek aangekomen zijn. Tegen zonsondergang vinden we een camping in Otjiwarongo. Een klein koloniaal stadje waar door velen nog Duits wordt gesproken. Dat is dan weer een nadeel als je met een auto rondrijdt met levensgroot de letters ‘FEUERWEHR’ erop. Terecht veronderstellen velen dat wij ook Duitsers zijn. Op camping Acacia genieten we van de onze eerste douche sinds Luanda. We bellen de ouders van Jacobine, Rietje en Piet, op. Zij zijn veilig aangekomen en wachten ons op in een pension ‘Terra Africa’ in Windhoek.

Weerzien met opa en oma

De volgende ochtend rijden we naar Windhoek. Dankzij de sublieme wegen hier kunnen we de ruim 700 kilometer van de grens naar Windhoek in anderhalve dag overbruggen. Het weerzien is onvergetelijk. Na 24000 km rijden maar één dag te laat komen is geen slechte prestatie vinden we. De kinderen worden overladen met cadeautjes, brieven en tekeningen van familie, vriendjes en klas- en clubgenootjes. Ook voor ons zijn er diverse brieven, videoberichten, cadeautjes etc. We eten ‘s avonds een heerlijke maaltijd in het restaurant, biefstukken en Zuid Afrikaanse wijn. Ook dit is welkom in Namibië. De volgende dag gaan we met zijn allen naar Camping Arebusch in Windhoek. We blijven hier nog eens drie nachten staan om van alles te regelen: vliegtickets, verzekering voor de auto (niet gelukt), nieuwe gps, internetten, boodschappen doen, etc. Ook bezoeken we nog een dagje het nabijgelegen Daan Viljoen Park waar we nog een mooie wandeling maken. ’s Avonds drinken we met dikke truien en jassen aan buiten een wijntje. Het koelt hier enorm af, bijna tot aan het vriespunt. En dan zien we de videobrieven van uit Nederland, dertig graden in mei! Vervolgens gaan we twee nachtjes naar de Kalahari Inn, ongeveer 25 km buiten windhoek om een stalling te regelen voor de auto. De eerste avond in de Kalahari Inn hebben we nog een heel gezellige rendez-vous met Enzo en Marion. Wij hebben hen voor het laatst gezien in Senegal!  Zij hebben hun auto verscheept vanaf Accra naar Durban. En zijn nu dus alweer naar boven aan het rijden. Na bijna een week Windhoek wordt het de hoogste tijd om Rietje en Piet iets meer van Namibië te laten zien. We willen een rondje Sossusvlei, Swakopmund, Etosha gaan maken. Via mooie landschappen, goede gravelwegen dalen we net voor zonsondergang via de zeer steile Spreetshoogte pas, (25% helling, verboden voor vrachtwagens) naar het de uitgestrekte woestijnen van Namibië.

Verjaardag van Janne

Hier vinden we Gecko Camp, een tip van Enzo en Marion. Het is inderdaad een klein paradijsje. We mogen de auto parkeren naast een bungalowtje met een tentdak waar Rietje en Piet kunnen slapen. Het uitzicht is fantastisch. Een mooie grote vallei, in de verte bergen en zandduinen en in het dal een savannelandschap met springbokjes en struisvogels. We zijn de enige gasten. Als de avond valt zien we sterren tot aan de horizon en boven ons heel duidelijk de melkweg. De volgende ochtend staan we heel vroeg op. Janne is jarig en we willen de zonsopkomst zien. Op het dak van Kasa wachten we de komst van de zon af en zien een kudde van negen springbokjes naar de drinkplaats lopen. En Janne wordt vandaag ook negen! Nadat de zon is opgekomen en we een douche hebben genomen met warm water uit de ‘donkey’ (een eenvoudige houtgestookte ketel) ontbijten we op de veranda van ons huisje. Uiteraard zijn er weer een paar cadeautjes. Onder andere een nieuwe jurk en een enorme opblaasbare schildpad om mee te zwemmen. En niet te vergeten Tompoezen uit Nederland!. Hierna bellen we met de satelliettelefoon nog met opa Kees. Het zou de laatste keer zijn dat Pieter en Janne hem spreken… Dezelfde dag rijden we nog via Solitaire, waar we heerlijke appeltaart eten, naar de Sossusvlei. Hier eindigt een rivierbedding in de hoogste zandduinen ter wereld (zeggen ze, maar wij betwijfelen het). De kleuren zijn buitengewoon mooi en zoals telkens tijdens onze reis is zo’n zandbak een perfect speelterrein voor kleine en grote kinderen. Helaas is het niet toegestaan hier te overnachten. We moeten dus weer haastig veertig kilometer terugrijden naar het hek, dat bij zonsondergang dicht gaat. Bij een zogenaamde ‘lodge’, net buiten het hek, mogen wij niet in de auto slapen. Het is af en toe net Europa hier. Dus rijden we maar een klein stukje door het donker terug naar het Weltevrede Rest Camp waar men redelijk is en waar wij weer in de auto kunnen slapen. We eten een heerlijke maaltijd met uitzicht op een kleine verlichte drinkplaats. Al met al een onvergetelijke verjaardag voor Janne.

Solitaire

De volgende dag rijden we via een prachtige route helemaal naar Walvisbay. Onderweg passeren we weer Solitaire, in Nederland bekend door het boek van Ton van der Lee, de schrijver wiens huis we bij toeval ook in Djenné, Mali hebben bezocht. Rietje koopt nog een boek bij Moose, één van de karakters uit het boek, die het voor haar signeert.

Vakantie in Langstrand

Via zand- en steenvlaktes, afgewisseld door rivierbeddingen en bergruggen dalen we af naar de kust. Walvisbay is geen erg bijzondere stad en ook de camping stelt weinig voor. Er is echter wel een goed reisbureau waar we de volgende ochtend tickets bestellen om naar huis te vliegen. “s Middags kunnen we de tickets ophalen  Vervolgens rijden we naar Langstrand waar een leuk huisje huren en waar we gratis de auto naast mogen parkeren. Het bungalowpark is naast een zwemparadijs met grote glijbanen, de kinderen zijn helmaal blij. In de zee zwemmen robben en dolfijnen. ’s Avonds bellen we met Kees zijn vader om te vertellen dat we tickets hebben en over twee weekjes naar huis vliegen. Hij is blij dat we komen en zegt dat we ons vooral geen zorgen moeten maken.

Abrupt einde

De volgende dag, zondag, is het moederdag en gaan we ’s avonds lekker uit eten in het Langstrand Restaurant. Absoluut een aanrader: uitzicht over de zon die in de zee zakt, heerlijke gegrilde vis, tijgergarnalen en mosselen. Ook de dag erna blijven we nog hier. Lekker luieren, een strandwandeling, zwemmen, schoolwerk doen, boeken lezen en verslag voor de website schrijven. Dinsdagochtend vroeg rijden we naar het nabijgelegen Swakopmund om inkopen te doen en de webverslagen op te sturen. Hierna willen we naar het grote natuurreservaat Etosha gaan rijden. Bij het internetcafé is het heel erg schrikken voor mij…ik zie het onmiddellijk als ik de Gmail-pagina open: een mailtje van mijn broer dat mijn vader afgelopen zondagnacht in zijn slaap is overleden…. Behalve de schok, het enorme verdriet en teleurstelling bij ons allemaal, de emoties, etc. is er ook het gevoel dat we nu zo snel mogelijk naar huis willen. Het is een enorm geregel maar twee dagen later parkeren we Kasa in Windhoek in een loods van de Kalahari Inn en zitten we even later in het vliegtuig, inclusief Rietje en Piet. Op Schiphol worden we opgehaald door mijn broer en zus. Onze safari is onderbroken, iets wat we al sinds Luanda wisten. De manier waarop we nu naar huis gaan is natuurlijk heel emotioneel maar er zijn ook veel waardevolle momenten. Vooral de kinderen kunnen er prachtig en relativerend mee om gaan. Voor hen is het allemaal heel simpel: opa Kees is nu een sterretje en kan ons voortaan overal op de wereld volgen.
126