02 Argentinië

7 november 2023 – 8 december 2023
Westwaarts naar de Andes


 

Hyperinflatie en blauwe dollar

Vanaf Fray Bentos steken we de enorme Rio Negro over naar Argentinië. Net voor de brug is de gezamenlijke grensovergang van Uruguay en Argentinië waar we snel en efficiënt de tijdelijke import papieren (TIP) voor Kasa krijgen. Wat een verschil met alle grenzen die we in Afrika gehad hebben zeg! Geen dure visums, geen roadtax, carbontax, geen gezoek naar iemand die bevoegd is om je carnet te stempelen en vooral geen chaos. De enige check was een snelle blik in de koelkast en de vriezer of we geen dierlijke producten bij ons hebben.

We rijden meteen door naar het stadje Gualeguaychú waar we geld willen halen en SIM kaartjes voor de telefoons willen regelen. Vooraf hadden we gehoord dat het gunstigste is om geld (euro’s) naar jezelf over te maken naar een Westen Union kantoor en dan daar je geld in peso’s op te halen.

Dat was wel een middag durende bezigheid omdat Westen Union, net als alle winkels in Zuid Amerika ‘s middags tot een uur of vier/vijf gesloten was en toen het uiteindelijk open ging nog niet genoeg cash geld had. In eerste instantie dus maar een paar cash dollars gewisseld en twee SIM kaartjes gekocht. Tijdens het wachten maken we nog kennis met twee dames van een notariskantoor die goed Engels spreken en zich afvragen wat zulke ‘beroemde’ reizigers (ze hebben vanuit hun kantoor deze website gecheckt) wel niet in hun saaie stadje Gualeguaychú komen doen. Uiteindelijk lukte het om 400 euro te verzilveren, iets van 370 briefjes van duizend peso’s (grootste biljet), een flink pak geld zeg maar dat echt niet in je broekzak past.

Met ons pak geld gaan we eerst een heel lekker Italiaans ijsje kopen in de hoofdstraat en rijden vervolgens naar de Carrefour aan de rand van de stad. We hebben hoge verwachtingen, we denken aan verse groentes, fruit, stokbrood en Franse brie maar al snel blijkt de Franse supermarktketen in Argentinië een grote teleurstelling. Door de hoge inflatie worden in de supermarkten vrijwel geen versproducten verkocht, alleen wat pakjes vlees. Populaire houdbare producten worden door Argentijnen in bulk gehamsterd omdat die wel hun waarde behouden. Zaken als Coca-cola zijn standaard uitverkocht. WC-papier en zeep zijn niet duur hier maar we zullen andere bronnen moeten gaan vinden voor de dagelijkse verse producten.

In Argentinië zijn als gevolg van de hyperinflatie euro’s en vooral dollars enorm gewild. Er schijnt meer dan 200 miljard aan cash dollars in omloop te zijn in dit land. Niemand heeft hier geld op de bank staan. Naast de officiële wisselkoers van Euro’s en Dollars en de zwarte markt bestaat er ook een min of meer gereguleerde zwarte markt. Dat noemen ze de Blue Dollar. De koers hiervan is bijna drie keer hoger dan de officiële koers die je bij de een bank of pinautomaat krijgt. Als je via Western Union geld stuurt naar jezelf krijg je ongeveer die blue dollar koers wat dus erg gunstig is. Als je overigens iets betaald in Argentinië met je (buitenlandse) credit kaart dan wordt eerst de officiële koers verrekend maar wordt dit een paar dagen later aangepast naar weer die blue dollar/euro koers. Heel bijzonder, maar het maakt reizen voor toeristen op dit moment heel aantrekkelijk. Zo kost ons een liter diesel omgerekend maar iets meer dan 40 cent per liter. Kijk, dat is leuk voor het budget. Alle lokale producten zijn spotgoedkoop voor ons maar alle producten die geïmporteerd worden zijn ook voor ons gewoon duur.

Een tegenvaller, welkom in Argentinië!

We slapen de eerste nacht op een beetje rare afgelegen plek buiten de stad, bij het hek van een camping waar we niet op mochten omdat deze nog gesloten was, Op zich best lekker geslepen maar een dief heeft in alle vroegte onze twee mistlampen gestolen. Geen gereedschap bij zich en daarom er maar af getrapt. De stalen bevestigingsbeugels met een stuk plastic van de lampen zitten nog aan de bumper. Daar zal hij niets aan hebben dus. We hadden ‘s morgens vroeg wel een geluid gehoord en iemand weg zien rennen nadat we het raampje openden, maar niet door dat hij waarschijnlijk al eerder die ochtend de mistlampen er af had getrapt. Nou, ja, zo erg is het niet maar het geeft toch wel te denken. Dit hadden we eerlijk gezegd niet verwacht in Zuid Amerika. In Afrika is er gedurende ruim 2,5 jaar reizen en honderden nachten bushcampen nooit iets gestolen of kapot gemaakt.

Vanaf Gualeguaychú rijden we in een paar uurtjes naar El Palmar, een Nationaal Park aan de Rio Grande, die ze gek genoeg hier de Rio Uruguay noemen. Onderweg ontmoeten we nog een Argentijns stel dat op reis is met een hele bijzondere zelfgebouwde motor met aanhanger. We hebben een leuk gesprekje in de paar woorden Spaans die we inmiddels geleerd hebben dankzij Duolingo. Zij vinden ons minstens zo bijzonder en over en weer maken we foto’s.

Moeras vol vreemde knaagdieren

In het park El Palmar blijven we een paar nachtjes om van de natuur te genieten en het zoveelste regenfront over ons heen te laten komen. Gelukkig schijnt de zon ook regelmatig en rijden en wandelen we een beetje door het moerassige park wat op sommige delen werkelijk vergeven is van Capibara’s. Een leuk tam diertje wat we nog nooit eerder hebben gezien. Ze noemen het ook wel waterzwijnen maar het zijn dus de grootste knaagdieren ter wereld en familie van de cavia’s. Dankzij hun zwemvliezen zijn het ook uitstekende zwemmers en zelfs vrijen doen ze in het water.

Een ander diertje wat hier leeft en letterlijk een hol had naast Kasa is de viscacha. Een soort reuzekonijn met kleine oren met een lange puimstaart. Ze zijn familie van de wolmuizen. Typisch voor deze dieren is dat ze grote holen maken en daar van alle heen slepen. En ze zijn daarbij best sterk want beide ochtenden is één van de stalen poten die onder ons plateau staan omgevallen. Het ging ze om het houten plankje dat er onder ligt en dat we later terugvinden bij het hol. Een prachtig deurtje voor het hol natuurlijk. We maken een paar ritjes met Kasa door het park en vanaf een paar punten maken we een kleine wandeling. Het heeft heel veel geregend afgelopen weken en overal zijn ondergelopen stukken grond met schattige capibara’s. De Rio Uruguay is ook hier ver buiten haar oevers getreden, alle paden naar de rivier zijn afgesloten. Op de camping ontmoeten we een jong Zwitsers stel dat met hun in Canada gekochte busje nu al bijna twee jaar onderweg zijn en nu bijna aan het einde van hun reis zijn. We krijgen van hen een boek met alle dieren van Zuid Amerika. Heel handig, nu weten we tenminste wat voor dieren er om ons heen scharrelen. Als we het park uitrijden zien we zowaar nog een vosje. Het is natuurlijk geen Afrikaans park met leeuwen en olifanten en zo maar we hebben toch enorm genoten.

Opwarmen in thermische baden

Van El Palmar rijden we nog steeds langs de Rio Grande noordwaarts naar Concordia. Echt lekker weer is het nog steeds niet en we hebben gelezen dat hier hot springs zijn. Dat klinkt goed en het was ook goed. We parkeren Kasa op de parkeerplaats van het park ‘Termal Vertiente’ met hete baden, vakantiehuisjes en een hotel maar geen camping. Ze verkopen ook dagkaarten en dan mag je tot 12 uur s avonds in- en uitkopen. We mogen wel op de parkeerplaats kamperen. Om het een beetje praktisch te houden kopen we behalve twee dagkaartjes ook twee badjassen.

Dat badderen in warm water beviel eigenlijk best goed en omdat er iets oostwaarts nog meer van die thermische baden zijn besluiten we naar Maria Grande te gaan, maar een paar uurtjes rijden. Daar is wel een camping bij de thermische baden. In Maria Grande rijden we eerste langs een supermarktje voor wat brood en vlees en halen wat verse groenten en fruit bij een groenteboer. Het warme water komt hier van iets van 1500 meter diepte en is daardoor behoorlijk zout. Beetje het Dode Zee effect. Ook best lekker maar je gaat er niet heel lang in liggen. Het weer is gelukkig wel wat beter aan het worden. Overdag komen er gezinnen en hele families met zelf meegebrachte klapstoeltjes en koelboxen vol met vlees en hapjes. Dat lijkt toch wel wat Zuid-Amerikanen het liefste doen in het weekend. Met zijn allen eten en drinken en dat kun je hier afwisselen met in het warme water liggen. De volgende dag is het zondag en is het weer behoorlijk druk ondanks dat het bewolkt is. Iedereen vermaakt zich goed. De vloer van de bak van Kasa is opnieuw nat geworden na een grote regenbui. Ik vermoed dat het raam lekt en ga in de ochtend het raam nogmaals afkitten. Bien gaat schilderen. Buiten vliegen de parkieten af en aan om nestjes te bouwen. In de ochtend en eind van de middag gaan we nog even badderen. Aan het eind van de middag vertrekt iedereen en hebben we het rijk vrijwel alleen.

Eerste boete

Vanaf Maria Grande rijden we de volgende dag een lange etappe naar Miramar. Onderweg moeten we weer een enorme rivier oversteken, de Parana. Behalve heel veel bruggen over zijtakken en ondergelopen stukken land moeten we ook een tunnel passeren. Een paar kilometer voor de tunnel is een tolstation en net voor het tolstation is een politie checkpoint. Niets bijzonders denk je dan maar dit checkpoint controleert dus bij iedereen of je je verlichting wel aan hebt staan. En dat hebben we toevallig niet vandaag. Het was me wel opgevallen dat veel mensen met lampen aan rijden maar ik wist toen nog niet dat dat verplicht was in Argentinië. Afijn, lang verhaal kort, we krijgen een boete van 35000 peso’s wat volgens de officiële koers iets van honderd euro is, een enorm bedrag hier. Domme toerist uithangen helpt niet. Betalen kan met een creditcard en na twee dagen wordt de 100 euro netjes weer aangepast naar 35 euro. De staatskas van Argentinië gespekt.

Het verval van Argentinië

Het landschap wordt na Santa Fe minder moerassig. We rijden over de eindeloze vlakke pampa’s waarover vroeger de gaucho’s te paard met hun koeien liepen over de graslanden. Maar dat is de afgelopen decennia radicaal veranderd. Bijna alle veeboeren en grondbezitters verpachten hun land nu aan grote investeerders die er soja planten, of ze telen het zelf natuurlijk. De genetisch gemanipuleerde round-up bestendige soja-zaden (komen van hetzelfde Amerikaanse bedrijf Monsanto) hebben hier voor een revolutie gezorgd. Soja wordt hier (maar ook bijvoorbeeld in Brazilië) in enorme hoeveelheden geteeld voor de export naar vooral China waar het gebruikt wordt als veevoer. De mensen hier verdienen er goed aan zo te zien maar de gaucho cultuur is verdwenen, het landschap totaal veranderd en de natuur en ik vermoed ook de gezondheid is er niet beter van geworden.

Miramar ligt aan één van de grootste meren (Mar Chiquita, wat kleine zee betekent) van Zuid Amerika. De overkant is 80 kilometer ver en daardoor voelt het aan als een kustplaats. In Miramar zijn zo’n honderd jaar geleden diverse kuuroorden gebouwd vanwege de helende werking van het mineraalrijke water voor diverse kwalen. Maar toen begon in de jaren zeventig het waterniveau te stijgen door langdurige regenval. Het daalde ook wel weer maar het hoge water kwam andere jaren steeds hoger terug. Er werden dijken aangelegd maar na een tijd werd de situatie onhoudbaar. Het niveau was 7 meter gestegen en meer dan honderd hotels, boulevards, een theater, restaurants, haventjes, etc verdwenen definitief onder water. Totdat een paar jaar geleden het niveau door minder instroom weer is gaan dalen en het meer misschien wel gaat eindigen als een zoutvlakte. Het geeft nu in ieder geval een heel surrealistisch gevoel om te wandelen tussen overblijfselen van bomen, wegen, hotels, etc. De flamingo’s hebben er waarschijnlijk nooit last van gehad maar Miramar is de klap nooit te boven gekomen. Ze zijn nog steeds dijken aan het bouwen maar een badplaats zal het niet snel meer worden denken we.

Rendez-vous in Cordoba

Vanaf Miramar rijden we naar Cordoba, de tweede stad van Argentinië. Onderweg zien we het landschap weer iets droger worden en ook de temperatuur blijft maar stijgen. De korte broeken kunnen steeds vaker aan. We rijden naar de gemeentelijke camping in een klein natuurparkje net buiten de stad. Voordeel van gemeentelijke campings is dat ze vaak extreem goedkoop zijn, bijvoorbeeld twee euro per nacht. Nadeel is dat ze vaak ook extreem smerig zijn, geen warm water hebben en druk en lawaaiig in de weekenden. Dat is hier niet anders en op dit soort plekken zijn we blij met ons eigen toilet en vooral onze nieuwste aanwinst: de warme douche. Ondertussen hebben we contact gehad met Gerrie en Ronel, een stel dat we eerder al in Uruguay hebben ontmoet. Dat is het leuke van de app Polarsteps, (Polarsteps Rustbuckets) waarop je medereizigers kunt volgen. We zagen dat ze niet ver van Cordoba zijn.

De volgende ochtend komen ze aanrijden met hun prachtige verlengde Toyota Landcruiser met Zuid Afrikaans kenteken die ze zelf tot camper hebben verbouwd. Na een paar uurtjes gezellig bijkletsen pakken we met zijn vieren een Uber om de stad te gaan bekijken. Het oude centrum is al uit de 17e eeuw en met zijn kathedraal en oude Jezuïeten kloosters een Unesco werelderfgoed. Genoeg te zien en te beleven dus. In zo’n oude stad waan je je eerder in Spanje dan in Zuid Amerika. We lopen door de oude stad, bezoeken een paar musea en brengen ook een behoorlijke tijd door op het postkantoor waar Bien postzegels wil kopen om haar mailart voor haar kunstproject te versturen. Zie Polarsteps Bien

Het blijkt een bureaucratische rompslomp van jewelste te zijn en ook hartstikke duur maar uiteindelijk gaan de houten briefkaarten op de bus met hele mooie postzegels er op. Missie geslaagd.

We bezoeken nog een kerk en een museum en belanden nog op een plein waar een paar uur later de presidentskandidaat Milei zijn laatste verkiezingstoespraak gaat houden. Over een week zijn in Argentinië de presidentsverkiezingen. Milei is favoriet en heeft ook inderdaad gewonnen. Deze rechtse populist, el loco wordt hij ook genoemd, mag gaan proberen (met een kettingzaag) de gigantische economische ellende en staatschuld van Argentinië op te lossen.

Op de terugweg kopen we nog wat vlees, houtskool en wijn en hebben met zijn vieren onze eerste braai die avond. Er zouden er nog vele volgen…

Jezuïeten en Ufo’s

De volgende dag rijden we met zijn vieren met Kasa en Bigbob noordwaarts naar Capilla de Monte. We rijden voornamelijk via kleine gravelwegen wat ook wel weer eens leuk is. Wel oppassen met Kasa vanwege de vaak laag overhangende takken, maar dat zijn we wel gewend. Halverwege de dag bezoeken we Santa Catalina, een oud Jezuïeten verblijf uit de 16e en 17e eeuw waar een handjevol monniken en vele honderden lokale en geïmporteerde slaven woonden en werkten. De Jezuïeten hadden hier in Zuid Amerika een tamelijk lucratieve gemeenschap opgezet waar onder ander die grote kathedraal in Cordoba van betaald kon worden. In Santa Catalina werden vooral muilezels gefokt om te werken in de zilvermijnen in Bolivia en Peru. Ongelofelijk als je beseft wat voor afstanden dat in die tijd geweest moeten zijn. Voor het eerst deze reis zien we bergen van enig formaat. Aan het einde van de dag hobbelen over een prachtige pas met graslanden op iets van 1500m hoogte en vandaar weer naar beneden. Het laatste stuk nemen we een paar Argentijnse lifters mee.

Capilla del Monte staat wereldwijd bekend als landingsplaats voor buitenaardse ruimteschepen. En dan met name op een nabijgelegen berg waar jaren geleden een grote schroeiplek is ontdekt. Behalve dat Capilla del Monte best een leuk dorpje is en profiteert het natuurlijk vooral van de vele toeristen en UFO gelovers en andere spirituele dromers die hier komen. We blijven hier een paar nachtjes staan. De nabijgelegen UFO-berg beklim ik samen met een paar jonge Canadezen die met zijn vieren een maandje door Argentinië en Chili aan het backpacken zijn. Om de berg te mogen beklimmen is een permit nodig en word ik als zestigplusser medisch gecheckt. Bloeddruk, temperatuur en zuurstof. Het moet toch niet gekker worden… Een prachtige wandeling die iets van duizend meter omhoog gaat en inderdaad best uitdagend is. In totaal iets van zes uur wandelen. Bien, Gerri en Ronel blijven een dagje op de camping en ontvangen mij aan het eind van de middag met een ijskoud biertje. Maar geen UFO gezien hoor.

De vier Canadezen liften de volgende dag met ons mee naar een ander bekend hippiedorpje, een kilometer of veertig verderop. Het dorpje San Marcos valt ons een beetje tegen, wel een mooi plekje hoor maar ook hier weer hordes barbecueënde dagtoeristen. Er wonen hier inderdaad wel wat hippies, zelfs uit Europa en het voordeel daarvan is weer dat we echt heerlijk zelfgebakken brood kunnen kopen. Verder hebben we een middag door een kloof gewandeld naar een oude watermolen maar op de terugweg ging het enorm regenen en onweren. Doorweekt kwamen we terug op de camping die in een soort rivier veranderd was. Een groot deel van de hele camping stond blank, een paar mensen met tentjes waren letterlijk weggedreven.

Met Gerri en Ronel hebben we het super gezellig. We doen overdag meestal ieder ons eigen ding maar ‘s avonds eten we altijd samen en vervolgens lekker kletsen of Rummikub spelen onder het genot van een drankje. We praten over onze levens en natuurlijk veel over Afrika waar we alle vier zoveel gereisd hebben en waar Gerri en Ronel vandaan komen. We doen leren alle vier Spaans met de Duolingo app op je telefoon en de hele dag hoor je wel ergens ‘pling’, het geluid als je een vraag goed hebt of ‘plong’ als je het fout hebt.

Going west

Vanaf San Marcos liften de vier Canadezen opnieuw mee omdat er weinig bussen rijden. Ze willen vanaf hier in twee dagen naar de kust van Chili reizen om daar nog een paar dagen aan het strand te liggen. We nemen ze een paar honderd kilometer mee tot aan het kruispunt waar ze op de nachtbus van Cordoba naar Mendoza kunnen stappen. Wij rijden daarna nog een stukje door naar een camping aan een stuwmeer. Een heerlijk rustig plekje met een visrestaurantje en een prachtig uitzicht waar we weer twee nachten blijven staan.

Als we weer verder naar het westen rijden dalen we af naar de laagvlaktes en wordt het steeds droger en droger. Van landbouw is hier bijna geen sprake meer, alleen wat olijfboomgaarden soms en wat geiten en schapen. In de verte zien we drooggevallen meren, zoutvlaktes. We rijden naar het Nationaal Park Sierra de las Quijadas waar we voor zonsondergang een kleine wandeling maken door een heel bijzonder geologisch landschap dat in miljoenen jaren is ontstaan door afzetting van sediment, botsen en vervormen van aardplaten en tenslotte erosie. Dat heeft geleid tot prachtige kliffen die op sommige plekken door de perfect horizontale en verticale lijnen door mensen gemaakt lijken te zijn. Ze worden hier vergeleken met de zuilen van de tempel van Petra in Jordanië. We mogen helaas niet in het park overnachten en bushcampen voor het hek vlak bij de weg. De volgende ochtend staan we vroeg op en gaan opnieuw het park in. We maken een langere en mooie wandeling naar een uitzichtpunt.

Vanaf hier rijden we weer verder naar het westen. Het landschap is nu echt een droge savanne geworden met af en toe zelfs wat zandduinen. Toch bijzonder hoe kort de klimaatzones hier elkaar opvolgen en ook niet van noord naar zuid maar in ons geval van oost naar west. We rijden over eindeloos lange rechte wegen met nauwelijks verkeer en het valt door de hitte niet mee om wakker te blijven. Maar dan verandert het landschap plotseling. We naderen het Andesgebergte waarvan het smeltwater aan de oostkant de woestijn in stroomt en het land vruchtbaar maakt. In de afgelopen eeuwen heeft de mens via een ingenieus waterstelsel van kanalen, goten en waterbassins nog veel meer gebied vruchtbaar gemaakt. Plotseling rijden we door wijngaarden en staan er hoge eucalyptussen langs de weg. Heel af en toe zien we tussen de wolken een glimp van de tot ruim zes kolometer hoge besneeuwde bergen van de Andes. We naderen Mendoza!

Wijnproeven aan de voet van de Andes

In Mendoza vinden we een stukje de berg op een leuke camping, El Mangrillo. Een bekende overlanders stek waar we zes nachten blijven staan. Het klimaat is heerlijk, niet te heet, droog, aangenaam in de avonden en koelere nachten. De camping is naar Argentijnse maatstaven prijzig maar heeft wel schone warme douches, ook wel weer eens lekker. Het zwembad is, net als overal eigenlijk, helaas nog gesloten. De dagen vliegen voorbij met beetje werken, klusjes aan de auto’s, boodschappen doen, een berg op fietsen (Kees), biefstukken braaien, de stad bezoeken, uit eten gaan en uiteraard wijn proeven.

Wijnproeven is de toeristen attractie van Mendoza en dat doe je bij zogenaamde ‘bodegas’. Daar zijn er hier honderden van maar na een goede inside tip komen we terecht bij Bodega Tempus Alba. Geen grote commerciële bodega maar hoge kwaliteit tegen een bescheiden prijs. We gaan hier lunchen en rijden er heen met de landcruiser van Gerrie en Ronel, een dubbelcabine dus we passen er met zijn vieren in, hoe handig. We proeven de heerlijkste wijnen samen met de allerlekkerste biefstuk die je kunt voorstellen. We proeven o.a. Malbec, Cabernet Sauvignon, Merlot, Tempranillo, Syrah, allemaal heerlijk. Beter kan het bijna niet worden…

Na een week verlaten we Mendoza en rijden eerst een stukje naar het zuiden en dan een paar honderd meter naar boven aan de voet van de Andes. We vinden een kleine camping onderaan een berg waar we Kasa maar met moeite in kunnen manoeuvreren. Maar wel een prachtig plekje op een groen grasveldje aan een bergbeekje. Het is hier prachtig groen en een stuk koeler dan in Mendoza. Buiten de poort is een klein winkeltje waar lokale gaucho’s bier, sigaretten en Fernet halen. Een mooi plaatje. Fernet is de nationale likeur van Argentinië, een soort Berenburger die (1/3) gemixt wordt met (2/3) Coca Cola. Waar we even geen rekening mee gehouden hadden was dat het zaterdagavond was. Zelfs deze kleine camping stroomt ‘s-avond vol met gasten die hier één nachtje komen kamperen. Op zich niet zo erg maar er zijn altijd wel een paar gasten bij die tot vier uur ‘s nachts gaan zuipen en harde muziek aanzetten. Wij hebben er in onze geïsoleerde bak niets van gemerkt maar Gerri en Ronel slapen in een daktent en doen bijna geen oog dicht.

We doen de volgende dag nog één bodega, deze keer Bodega la Azul. Wel een stuk commerciëler en drukker maar ook wel erg gezellig en een mooie sfeer door de groene wijngaarden met op de achtergrond de besneeuwde bergtoppen. De biefstukken waren hier zo groot dat we de restjes mee naar huis nemen en hier nog twee dagen van eten! Terug op de camping vallen we door de wijn en slaapgebrek allemaal in slaap en als we een paar uur later wakker worden is iedereen vertrokken. We zijn alleen met zijn vieren en moeten zelf het vuur aansteken in de donkey om het douchewater op te warmen, haha.

Afscheid 

De dag erna rijden we naar het vlakbij gelegen dorpje El Menzano Historico. Hier staat een monument ter ere van de terugkomst vanwaar de held van de onafhankelijkheidsstrijd van Argentinië, generaal San Martín, arriveerde vanuit Peru. Vanaf hier rijden we met de Landcruiser een stukje de bergen in, gewoon om even van de natuur en het uitzicht te genieten.

We zijn de kou ook wel weer een beetje zat en rijden daarna naar San Carlos, dat iets van 800 meter lager ligt en daardoor ook een graad of acht warmer. Hier blijven we twee nachtjes staan op camping ‘Rosengarten’ van een Argentijn met Oostenrijkse roots. Spreekt geen woord Duits meer maar is nog steeds een beetje Oostenrijker in zijn hart. Rijdt op een KTM motor en gaat elke winter skiën. De tweede avond worden we net na het eten verrast door een spectaculaire onweersbui met grote hagelstenen. Voordeel is dat het dak van de camper brandschoon gestraald wordt.

Het is inmiddels 6 december en een week later gaan wij terugvliegen naar Nederland vanuit Santiago, Chili. Na drie ruim drie gezellige weken nemen we afscheid van Gerrie en Ronel die vanaf hier verder naar het zuiden gaan rijden richting Patagonië en Vuurland. Het uitgestrekte zuiden van Zuid Amerika waar we volgend jaar heen willen. Als zij vertrokken zijn vertrekken wij ook.

Over de Andes naar Chili

Het is even wennen om weer met zijn tweeën te zijn maar het geeft ook weer nieuwe energie. We rijden naar Upsallata dat al op de grote pas richting Chili ligt. We willen niet weer via Mendoza rijden en rijden binnendoor via een onverharde weg (89) over de paso de la Carrera. Wij vinden het een prachtige route.

In Uspallata staan we twee nachtjes op de Camping Municipal en zijn opnieuw heel erg blij met onze eigen douche. Het is wel een mooi rustig plekje aan een beekje en prachtig uitzicht. De volgende dag werken we allebei wat en fiets ik in de middag over een onverharde weg (13) naar Cerro 7 Colores. Een lange steile beklimming in de brandende zon door een woestijnachtig gebied maar absoluut de moeite waard. Er zijn prachtige gekleurde rotsen en in de verte besneeuwde top van onder andere de Aconcagua, de hoogste berg van Zuid Amerika (6961m). Onderweg zie ik op een bergtop mijn eerste guanaco, een kameelachtig dier dat wij in het Nederlands een wilde lama zouden noemen.

Voordat we Uspallata verlaten vullen we de tanks van Kasa vol met diesel. In Chili kost diesel namelijk bijna drie keer zo veel. Vanaf Uspallata is het via de Paso el Portillo ongeveer honderd kilometer rijden naar de grens met Chili. Het is mooi helder weer en we genieten van de bergpas. Kasa doet het ook op deze hoogte nog uitstekend, met de meeste veel modernere vrachtwagens kunnen we prima meekomen en we halen er ook diverse vrachtwagens in. Het oudje doet het nog prima, ook wel dankzij de turbo, een upgrade ten opzichte van de motor die we in Afrika hadden. Vanaf ruim drieduizend meter hoogte kijk je nog steeds heel ver omhoog naar bergtoppen van bijna zeven kilometer hoog.

We zijn een maand in Argentinië geweest en hebben pas een piepklein stukje van dit enorme land gezien en hebben enorm veel zin om nog veel meer te gaan zien en ontdekken. Van de politieke en economische ellende merken we als toerist niet zo veel. Echte gesprekken met Argentijnen hebben we nog nauwelijks gehad. De taalbarrière is hoog omdat wij nog lang niet voldoende Spaans spreken en maar heel weinig Argentijnen spreken Engels. Alleen mensen die op hoger niveau gestudeerd hebben spreken goed Engels. Engels is sinds het pijnlijke verlies van de Falklandoorlog geen populaire taal meer hebben we gehoord. Wij gaan ons best doen nog veel beter Spaans te leren en hopen snel weer in dit boeiende land terug te zijn.

 

Alle foto's op een rijtje:

438